Een autovakantie. Wij Nederlanders zijn er dol op, we pakken maar wat graag de auto voor een vakantie in Nederland of in een ander Europees land. Alhoewel er veel bestemming min of meer binnen handbereik liggen, en je met één of hooguit twee dagen rijden veel populaire vakantiebestemmingen kunt bereiken, voelt het soms alsof je veel langer in de auto hebt gezeten. Zeker met kinderen op de achterbank kan een flinke rit soms wel dubbel zo lang lijken, zeker wanneer er voor je amper je eigen straat uit bent gereden al gezeur, gedoe en geklaag losbreekt. Het oh zo gevreesde ‘zijn we er al bijna’, wanneer je er pas een tiende van de reis op hebt zitten, we kennen het allemaal wel. Toch kan zo’n autovakantie heel relaxed zijn, ook met kinderen. Zeker als je deze tips gebruikt.

Zorg voor een goede auto

Op autovakantie ga je natuurlijk alleen maar als je een auto hebt. Maar kijk vooraf wel even kritisch naar die auto. Is hij groot en comfortabel genoeg om de lange rit in uit te zitten? Of is het eigenlijk niet zo vreemd dat er al vroeg gemopperd wordt, want tja, anderhalve dag opgevouwen zitten is nu eenmaal geen pretje.

Is je eigen auto eigenlijk niet zo geschikt om mee op vakantie te gaan, dan kun je een auto huren. Daardoor wordt je vakantie wat duurder, maar de grootste voordelen van een autovakantie blijven behouden. Je eigen tempo bepalen, altijd een vervoermiddel bij de hand, en lekker veel bagage mee kunnen nemen. Zit de (huur)auto grotendeels vol met mensen, en is er niet genoeg ruimte voor alle bagage? Dan is een busje huren ook nog altijd een optie. Zo heb je nog meer ruimte, en kan iedereen meenemen wat hij of zij wil.

Zorg voor de juiste mindset

Kijk je op tegen de lange rit, bijvoorbeeld omdat je bang bent dat je kinderen gaan zeuren, of omdat je zelf niet zo heel erg dol bent op lang in de auto zitten? Probeer de rit dan eens als onderdeel van je vakantie te zien, en niet alleen maar als een lange rit. Relax, reageer niet te geprikkeld op de kinderen, en zie het landschap om je heen langzaam veranderen. Stop zo nu en dan op een leuk plekje, zodat iedereen even de benen kan strekken en je ook onderweg al een beetje een vakantiegevoel kunt kweken. Op die eindbestemming kom je uiteindelijk echt wel aan, dan kun je de rit erheen maar beter zo relaxed en ‘vakantie-achtig’ mogelijk maken, toch?